Opzij, Opzij, Opzij …
… maak plaats, maak plaats, maak plaats, wij hebben ongelofelijke haast…….
Zo begint het lied van Herman van Veen. Ik moest eraan denken tijdens het uitvoeren van een proeftuin van het Project Referentiewaarden Kwaliteit mbo 2025. Het deed zich voor bij de start van Peerreviews en Kwaliteitstafels, zowel bij docententeams als bij managementteams. Men had hun drukke werkzaamheden moet afbreken en uitstellen om naar deze bijeenkomsten te komen. Dat bleek uit zowel verbale als non-verbale uitingen. Kortom: groepen die binnenkomen met niet direct een motivatie om er een leerzame en prettige sessie van te maken! Na een aarzelende start komt men los van de dagelijkse praktijk en beslommeringen. Daarna gaan de dialogen steeds beter en beter. Je ziet mensen steeds meer genieten van het leren van elkaar. De kracht van de werkwijze, de sfeer van de bijeenkomst maar vooral het leren van collega’s van vaak andere opleidingen en teams werkt als een tierelier. En niet te vergeten: het gaat over de kwaliteit van het onderwijs en de kwaliteit van de beginnend beroepsbeoefenaar. Het blijkt een goede vorm van collegiaal leren te zijn. Tijdens de peerreviews en kwaliteitstafels waarbij verschillende teams / opleidingen met elkaar in gesprek gaan is er zelfs sprake ven verwondering over de herkenbaarheid van dezelfde soorten vraagstellingen en thema’s die er spelen. Tijdens een sessie met een onderwijsteam horeca en een team kinderopvang / onderwijs bleek dat de in eerste instantie 2 totaal verschillende werelden een rijke bron van herkenning en van leren te zijn. In andere proeftuinen zien we ook dat het gesprek over de kwaliteit van onderwijs extra versterkt wordt door ook studenten / alumni en het bedrijfsleven erbij te hebben.
Een bijzonder ervaring voor de deelnemers was dat men op het eind van de sessies aangaf dat het georganiseerd reflecteren niet alleen leerzaam en inspirerend was, maar ook dat het eigenlijk vaker zou moeten gebeuren. En dat het een efficiënte werkwijze is om enkele keren per jaar enkele uren te benutten om stil te staan bij de vraag of we de goede dingen doe en of we ze ook goed doen. En dat in een goed en open gesprek waarin vanuit vertrouwen en eigenaarschap met elkaar wordt nagedacht over de versterking van de kwaliteitscultuur.
We zien dat het bovenstaande zich op meerdere mbo-instellingen voordoet. Op de vraag aan de deelnemers waarom dit zo werkt, geeft men aan dat er zo ontzettend veel ontwikkelingen zijn en dat men erg druk is om de operatie te realiseren. En dat medewerkers van mbo-instellingen toch vooral doeners zijn. Dat is op zichzelf een kracht van de sector. Tegelijkertijd kan de doe-stand er ook voor zorgen dat er te weinig wordt stilgestaan bij en een zekere afstand wordt genomen van de dagelijkse praktijk. Het is dus zaak om het reflecteren te organiseren. En soms te zeggen: Niet opzij en gehaast maar even de film stilzetten om te reflecteren. Dat maakt de kwaliteitscirkel rond! En nu: opzij …….
Henny Morshuis